Veel gezinnen hebben een andere thuistaal dan het Nederlands. Sommige ouders wonen nog maar pas in België en verstaan amper Nederlands. Andere ouders wonen al langer hier maar blijven moeite hebben met de taal. Hoe pak je dat als begeleider aan? Wat doe je als je zelf geen andere talen spreekt?
Het belangrijkste doel van het project Spreekkansen in de buitenschoolse opvang in Boom was de communicatie met anderstalige ouders verbeteren. Die communicatie bezorgde de begeleiders immers veel stress. Vaak was er miscommunicatie.
Daarom maakten de begeleiders fiches die de belangrijkste afspraken visueel voorstellen en toelichten met korte zinnen in de vier meest gesproken talen in de opvang. De map met fiches vormt een geruststelling voor begeleiders. Omdat sommige begeleiders toch onzeker bleven in hun gesprekken met anderstalige ouders, nodigden we een medewerker van het Agentschap Integratie en Inburgering uit. Die organiseerde een workshop waarin de begeleiders onder meer de kans kregen om ervaringen uit te wisselen met cursisten Nederlands.
Wil je hier meer mee doen? Klik op de link.