REEKS Als de ‘gewone’ gang van zaken doorbroken wordt

Het belang van afscheid nemen

Organisaties die met kinderen werken, proberen een voorspelbare structuur in te bouwen en gaan vaak uit van een langdurige aanwezigheid. Toch lukt dat niet altijd. Soms blijven kinderen maar even in een opvang- of speelorganisatie. En hoe ga je dan om met die tijdelijkheid? 

In deze bijdrage vertellen we een verhaal over kinderen op de vlucht, die niet altijd het hele schooljaar of werkjaar ergens kunnen afmaken. Het is inspirerend om te zien hoe net de andere kinderen op de vlucht met dat afscheid omgaan.

An Piessens

Afscheid nemen is een vast deel van een werkjaar

Kinderen brengen veel tijd buitenshuis door: op school, in een kinderopvangorganisatie,  bij een muziek-of sportvereniging, op een speelplein, in een club. Elk van die organisaties bouwt een zekere regelmaat in haar dagelijkse en jaarlijkse werking in. Die regelmaat biedt houvast aan alle betrokkenen. Zo ‘weet’ iedereen op den duur hoe de voetbaltraining begint, wat de schoolbel wil zeggen en of het tijd is voor een pauze. Regelmaat vind je ook in een werkjaar of een schooljaar. In het begin leert iedereen elkaar kennen en maken de begeleiders of leraren de regels duidelijk. En op het einde van een werkjaar neemt iedereen afscheid. Soms is dat afscheid tijdelijk, soms is het ook een overgang, naar een andere plek, een andere groep, een ander niveau.

Die regelmatige gang van zaken is echter niet altijd mogelijk. In de periode 2018-2020 werken onderzoekers van het expertisecentrum  aan het project ‘Onderweg’: een belevingsonderzoek met kinderen op de vlucht. Afscheid nemen en ‘opeens verdwijnen’ bleek een belangrijk thema, voor kinderen én voor begeleiders en leerkrachten.

Het is erg als je geen afscheid kan nemen

Laten we beginnen bij de frustratie van een leerkracht, juf Sophie. Tijdens een interview vertelde ze:

“Ik vind het echt heel erg als de kinderen opeens verdwijnen. Van de ene dag op de andere komen ze niet meer naar school. Dat is erg voor de kinderen, die kunnen geen afscheid meer nemen van hun vriendjes. Maar het is ook erg als leerkracht: je bouwt iets op met een kind en met een groep en dan zijn ze zomaar weg.

Juf Sophie, zorgleerkracht in een lagere school

Meer dan andere kinderen, verdwijnen kinderen op de vlucht soms zonder meer van de radar. Dat is moeilijk te begrijpen voor wie achterblijft. Vriendjes krijgen de kans niet om afscheid te nemen  of moeten het opeens zonder hun vriend of vriendin stellen. Ook voor leerkrachten, trainers of begeleiders is het lastig: de groep kinderen moet zich opnieuw vormen rond de plotse afwezigheid van dat ene kind. Bovendien hecht een begeleider of leerkracht zich vaak aan de kinderen. Het kan zelfs aanvoelen alsof hun werk er niet toe deed.

Toch hoeft het niet altijd zo abrupt te lopen. Dat zagen we bij Naeem*.  

Naeem* heeft een huis!   

Op een dag stormden de kinderen uit een van de opvangcentra op ons af. “Juf! Juf! Naeem heeft een huis! Hij heeft een huis!” Inderdaad, glunderde Naeem, zijn familie had een positief antwoord op de asielaanvraag gekregen. Twee dagen later zouden ze vertrekken uit het opvangcentrum. Hij had zelfs nog tijd om afscheid te nemen van zijn vrienden en de begeleiders in het opvangcentrum én van zijn vrienden en leerkrachten op school.

Voor de kinderen in het opvangcentrum leek het afscheid van Naeem en zijn gezin vanzelfsprekend. Ze wisten dat Naeem het goed had, want hij had een huis. Hij zou ook op andere manieren aanwezig blijven in het centrum. In de loop van het onderzoek waren we samen met de kinderen beginnen bouwen met natuurelementen. Naeem had daarin het voortouw genomen: hij bouwde een prachtig huis. De weken nadien mocht niemand iets veranderen aan die houten constructie want dat was ‘het huis van Naeem’.

Waarom loopt het anders?

Hoe komt het dan, dat vele andere kinderen op de vlucht wel plots van school of uit een vrijetijdsorganisatie verdwijnen? Als we de achtergrond kennen van een gezin op de vlucht, valt dat goed te begrijpen. Veel heeft namelijk met de asielprocedure te maken. De leefsituatie van een gezin dat asiel vraagt in België kan immers van de ene dag op de andere veranderen. De behandeling van een asielaanvraag kent haar eigen snelheid. Gezinnen krijgen een beslissing over hun aanvraag en schieten daarna snel in actie. Meestal wil dat zeggen dat ze verhuizen. Kinderen kunnen dus op gelijk welk moment in het schooljaar instromen op school én ook weer uitstromen. Het valt niet te voorspellen of kinderen op de vlucht ergens een heel schooljaar zullen blijven.

Dat betekent niet noodzakelijk dat de school of de uitoefening van een hobby niet belangrijk is. Maar wel dat er op dat moment iets gaande is wat groter en veel dringender is in het leven van dat gezin. Ouders denken er niet altijd aan om de school of een vrijetijdsorganisatie te verwittigen.

Afscheid nemen is belangrijk

De kinderen zelf vinden het trouwens ook belangrijk om afscheid te kunnen nemen. Dat merkten we als onderzoekers toen we een onderzoeksperiode in één opvangcentrum afrondden. De kinderen maakten van de afsluitende tentoonstelling een heus afscheidsfeest. We hadden voorzien om koekjes te bakken en fruitstokjes te serveren die ze zelf bij een tentoonstelling konden uitdelen. Maar zij gingen zelf een stapje verder. Ze knutselden slingers, maakten posters, maakten tekeningen die een eigen plek moesten krijgen in de tentoonstelling en organiseerden zelf de muziek die gespeeld moest worden.

Wat kan je wel voorzien? Afscheid nemen op verschillende manieren

Afscheid nemen hoort erbij als mensen tijd met elkaar doorbrengen en het is ingebouwd in de ritmes van vele omgevingen. Afscheid nemen, dat doe je als je van groep verandert, of van jaar, of eventueel als je naar een andere school gaat. Maar soms loopt het anders. Dan stel je je daar best op in. 

Hoe gingen wij daar als onderzoekers mee om? Na de eerste onderzoeksperiode namen we het thema ‘afscheid nemen’ veel serieuzer. We gingen er van uit het dat het altijd kon gebeuren en probeerden het in te bouwen. Een asielaanvraag en wat daarbij komt kijken valt niet te controleren, maar sommige dingen kan je wel voorzien.

  • We zorgden ervoor dat de kinderen regelmatig de kans kregen om hun eigen foto’s en tekeningen bij te houden. We printten die af en voorzagen mapjes met de naam van het kind erop.
  • We kozen ervoor om activiteiten even stil te leggen om ruimte te maken voor een plots afscheid. Ook al was het tijdelijk.
  • Als de andere kinderen praatten over een kind dat niet meer in het centrum was, gingen we daar op in. Die gesprekken drukten vaak hoop uit.
  • In onze activiteiten en in de eindtentoonstelling van het project kregen de kinderen die er niet meer waren ook altijd een plaats. We printten hun portret af en praatten over wat zij voor de kinderen betekend hadden.
  • We lieten ons mailadres achter en een van de onderzoekers nam vrijwilligerswerk op. Het papier met het mailadres hangt, een jaar later, nog steeds op.

 (*) de kinderen die meewerkten aan het onderzoek kregen een andere naam voor dit artikel. Zij en hun ouders gaven toestemming om de verhalen en foto’s te gebruiken.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *